Het inhuren van ZZP’ers biedt veel bedrijven de flexibiliteit die ze nodig hebben, maar het brengt ook risico’s met zich mee, vooral op het gebied van schijnzelfstandigheid. Schijnzelfstandigheid ontstaat wanneer een ZZP’er in de praktijk als werknemer functioneert, terwijl hij of zij officieel als zelfstandige wordt ingehuurd. Onder de wijzigingswet DBA (Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties) is het de verantwoordelijkheid van de opdrachtgever om schijnzelfstandigheid te voorkomen. Het niet naleven van de regels kan leiden tot boetes, naheffingen en juridische complicaties.
Hieronder vind je een aantal praktische tips om schijnzelfstandigheid te herkennen en te voorkomen.
- Gebruik een goedgekeurde modelovereenkomst
Een van de eerste stappen om schijnzelfstandigheid te voorkomen, is het gebruik van een door de Belastingdienst goedgekeurde modelovereenkomst. Deze overeenkomst legt vast dat er sprake is van een zakelijke relatie tussen opdrachtgever en ZZP’er en geen dienstverband. De modelovereenkomst helpt bij het afbakenen van de taken en verantwoordelijkheden van beide partijen.
Tip: Zorg ervoor dat de inhoud van de modelovereenkomst overeenkomt met de praktijk. Een overeenkomst alleen is niet voldoende; de feitelijke uitvoering moet passen bij de afspraken in het contract.
- Voorkom een gezagsverhouding
Een belangrijk kenmerk van een dienstverband is een gezagsverhouding, waarbij de werknemer instructies ontvangt over hoe, wanneer en waar het werk moet worden uitgevoerd. ZZP’ers daarentegen werken zelfstandig en bepalen zelf hoe zij hun werk uitvoeren. Als opdrachtgever mag je sturing geven op het eindresultaat, maar niet op de manier waarop het werk wordt uitgevoerd.
Tip: Geef de ZZP’er de ruimte om het werk naar eigen inzicht uit te voeren. Zorg dat je afspraken maakt over het resultaat, maar laat de ZZP’er zelf bepalen hoe hij of zij dit resultaat bereikt.
- Vermijd de verplichting tot persoonlijke arbeid
Een zelfstandige moet de vrijheid hebben om het werk door iemand anders te laten uitvoeren, tenzij anders afgesproken. Bij werknemers is er vaak sprake van een verplichting tot persoonlijke arbeid, wat betekent dat de werknemer zelf het werk moet uitvoeren. Als je een ZZP’er verplicht het werk zelf te doen, kan dit een indicatie zijn van schijnzelfstandigheid.
Tip: Zorg ervoor dat je in de overeenkomst vastlegt dat de ZZP’er de mogelijkheid heeft om het werk door iemand anders te laten uitvoeren, tenzij het gaat om specifieke, specialistische taken.
- Zorg voor ondernemersrisico
Een ZZP’er moet aantoonbaar eigen risico dragen, wat betekent dat hij of zij verantwoordelijk is voor eigen inkomsten en kosten. Dit ondernemersrisico is een belangrijk onderscheid tussen zelfstandigen en werknemers. Als de ZZP’er geen risico draagt, bijvoorbeeld doordat hij of zij een vast salaris ontvangt, kan dit leiden tot schijnzelfstandigheid.
Tip: Werk met duidelijke facturen voor uitgevoerde opdrachten, niet met vaste salarissen of doorlopende betalingen. Laat de ZZP’er verantwoordelijk zijn voor eigen materiaal, transport en verzekeringen.
- Vermijd langdurige, exclusieve samenwerking
Als een ZZP’er gedurende lange tijd voor één opdrachtgever werkt en geen andere klanten heeft, kan dit erop wijzen dat er sprake is van een verkapt dienstverband. De Belastingdienst kan dit zien als een indicatie van schijnzelfstandigheid.
Tip: Werk met ZZP’ers op projectbasis of voor een afgebakende periode. Zorg ervoor dat de ZZP’er de vrijheid heeft om voor meerdere opdrachtgevers te werken en stimuleer hem of haar om dat ook te doen.
- Blijf regelmatig evalueren
De aard van de samenwerking met een ZZP’er kan in de loop van de tijd veranderen. Wat begint als een duidelijke zelfstandige opdracht, kan later de kenmerken van een dienstverband aannemen. Het is belangrijk om de samenwerking regelmatig te evalueren en bij te sturen indien nodig.
Tip: Plan periodieke evaluaties in om te beoordelen of de samenwerking nog steeds voldoet aan de regels van de DBA. Indien nodig, pas de afspraken aan om te zorgen dat de zelfstandigheid gewaarborgd blijft.
Conclusie
Schijnzelfstandigheid is een serieus risico voor bedrijven die ZZP’ers inhuren. Door duidelijke afspraken te maken, modelovereenkomsten te gebruiken en de zelfstandigheid van de ZZP’er in de praktijk te waarborgen, kun je dit risico aanzienlijk verminderen. Houd in de gaten dat de afspraken over de samenwerking ook in de praktijk worden nageleefd, en evalueer de relatie regelmatig om compliant te blijven met de DBA.